Het Nederlands Openluchtmuseum wordt mede-hoofdsponsor van Vitesse. Directeur Teus Eenkhoorn legt uit waarom het museum in de samenwerking is gestapt. “Als ik cash geld had moeten betalen aan Vitesse, was de deal niet doorgegaan.”
Waarom is het Nederlands Openluchtmuseum hoofdsponsor van Vitesse geworden?
Teus Eenkhoorn: “Dat is met name om meer regionale binding te realiseren. We hebben samen met Burgers’ zoo en Vitesse een gemeenschappelijk belang en dat is het versterken van de regiogedachte. Dat komt ook tot uiting in het gezamenlijke thema 'Dagje uit in Arnhem'. Wij zijn een Rijksmuseum, maar juist die hebben ook vaak een regionale functie. Alleen lijkt die soms wat ondergeschoven. Op deze manier kunnen we gezamenlijk de regionale functie versterken. Wij zijn een landelijk museum, maar dat staat niet met de rug naar zijn eigen regio. We laten zien dat het Openluchtmuseum in Arnhem zit.”
Hoe is de samenwerking tot stand gekomen?
“Alex van Hooff (directeur van Koninklijke Burgers’ Zoo, red.) kwam bij mij en zei dat hij met Vitesse in gesprek was en vroeg of wij mee wilden doen. Dan aarzel je wel even, want we zijn een culturele organisatie die gedeeltelijk gefinancierd wordt door belastinggeld. Daarom was het voor ons erg belangrijk hoe de overeenkomst er precies uit zou zien.”
Op deze manier krijgen we meer mensen naar het museum
Wat heeft jullie na die aarzeling, uiteindelijk over de streep getrokken?
“Voor mij persoonlijk is dat het Openluchtmuseum een museum is van de gewone mensen, van het alledaagse leven. Op het moment dat je in de museale wereld zit, kan dat toch snel wat elitair zijn. Maar wat is er alledaagser dan op zondag om 7 uur met het bord op schoot naar voetbal kijken? De regio samen met voetbal is voor mij een unieke combinatie.”
Verwacht je veel reacties op het feit dat jullie als museum een voetbalclub sponsoren?
"Ik heb vooraf met verschillende mensen uit de culturele sector hier over gesproken. Als ik cash geld had moeten betalen aan Vitesse, was de deal niet doorgegaan. Er gaat geen factuur van Vitesse richting Openluchtmuseum. De samenwerking heeft wel een financiële waarde voor Vitesse. We hebben dat op een andere manier geregeld en dat vinden wij een hele mooie. Voor het gemeenschappelijke thema ‘Dagje uit in Arnhem’ stellen wij een aantal zaken beschikbaar. Op deze manier krijgen we meer mensen naar het museum.”
Jullie hebben met Burgers’ zoo een verdeling gemaakt wie op het thuis- en wie op het uitshirt staat.
“Dat wij op het thuisshirt staan was ik erg blij mee. Ik wilde niet anders. Wij moeten onze binding met Arnhem en de regio verder versterken. Burgers’ zoo richt zich meer op landelijke bekendheid.”
Hoe gaan jullie het partnership gebruiken, naast de aandacht op het shirt en de boarding?
“De jeugd van Vitesse komt al jaren bij ons. We hebben jaarlijks een Vitesse-dag. Komend jaar heeft het museum als thema ‘ontspanning’. Dat gaan we verder uitwerken en daar gaan we dit partnership ook bij gebruiken. Wat betreft evenementen of festiviteiten gaan we dat nog verder invulling geven.”
Een gecombineerd entreeticket voor Burgers’ zoo en het Openluchtmuseum?
“Dat lijkt voor de hand liggend, maar de wereld van ticketing is vrij ingewikkeld. Bij ons komt ook 60-70% van de bezoekers met een Museumjaarkaart. We moeten dat nog verder uitwerken.”
Dit jaar is het 75 jaar Operatie Market Garden, een moment dat ook op het shirt nadrukkelijk terugkomt. Hoe krijgt die gebeurtenis aandacht in het museum?
“We hebben het verhaal over de onderduikers in de Tweede Wereldoorlog altijd in het museum opgenomen. De rol die Burgers’ zoo en het Openluchtmuseum in de oorlog hebben gehad, hebben we onlangs nog wat meer bekendheid gegeven. Burgers’ zoo lag midden in de frontlinie. In het Openluchtmuseum staat een monument ter herinnering aan de evacuatie van de Arnhemse burgers in 1944. Na het mislukken van Market Garden verborg een groot aantal mensen zich in het Openluchtmuseum. We zijn als museum ook jaarlijks betrokken bij de herdenking van Market Garden.”
Lees hier het interview met Olivier Smit, commercieel directeur van Vitesse, over da achtergronden van deze nieuwe samenwerking