Wat gebeurt er als een concertpodium als TivoliVredenburg van de ene op de andere dag stilvalt en van 1,2 miljoen bezoekers in een jaar naar maximaal dertig mensen in de Grote Zaal of zelfs een complete sluiting moet gaan? Toch was het voor TivoliVredenburg niet de vraag wat men zou doen, maar hoe? Uitgangspunt was en is dat, zodra het kan, de deuren opengaan; of dat nu voor 30 of 3.000 mensen was. Uiteraard altijd in een veilige setting. Maar niet voor niets is OFF/ON de treffende titel van het boek dat TivoliVredenburg uitbracht over afgelopen periode waarin medewerkers en artiesten terugkijken op een roerig jaar.

Niki de Jonge beaamt dat het voor TivoliVredenburg een ingewikkelde tijd is geweest. “Het was letterlijk open, dicht, open, dicht. Waar we konden zijn we zoveel mogelijk open gebleven. Ook als ons gebouw fysiek dicht was, hebben we geprobeerd zoveel mogelijk muzikanten en musici een podium te blijven geven en het publiek (al dan niet digitaal) te blijven ontvangen. Desalniettemin was het lastig. Zoveel collega’s thuis, ook zieken. De flexibiliteit van de hele organisatie is op de proef gesteld. Concerten zijn meermaals door de handen gegaan, verplaatst, verkleind naar een setting voor 30 personen, toch weer een setting voor 250 personen, opgeschaald naar 1,5m setting, concerten verplaatst en weer verplaatst.”

Opvallend is dat de concerten voor een klein publiek qua organisatie spannender waren dan de grote concerten. “Duizenden mensen ontvangen, daar draaien we onze hand niet voor om”, aldus De Jonge. “Maar 30 mensen was veel spannender! We hebben met alle teams moeten ontdekken hoe dat het beste werkt.”

Michele van Spilbeeck vindt het ontzettend knap hoe TivoliVredenburg steeds binnen de mogelijkheden op zoek bleef naar wat wel verantwoord mogelijk is. De creativiteit was en is groot zegt zij. Dat terwijl Bierbrouwerij AB InBev zelf ook hard geraakt werd door de coronacrisis. Tijdens de lockdowns werd er geen druppel bier in de horeca verkocht en met de restricties maar beperkt. Van Spilbeeck: “De horeca was uiteraard het hardst getroffen. Onze klanten zo goed en snel mogelijk helpen was onze eerste prioriteit toen de horeca op slot ging. We schoten gelijk in de actiestand. Al snel planden we een grote logistieke operatie om halfvolle biertanks bij horecarelaties retour te halen. Die vervingen we kosteloos bij heropening van de horeca. Ook hebben we geprobeerd een bijdrage te leveren om de zorg te steunen, onder meer door handgel te maken van de alcohol die we overhouden na het brouwen van onze 0.0% bieren.”

Belangrijk voor de samenwerking tussen AB InBev en TivoliVredenburg was dat men steeds goed met elkaar in contact bleef en wist wat er bij ieder speelde. De Jonge: “AB InBev is zeer ruimhartig geweest met de terugroepactie van het tankbier bij zowel de eerste als de tweede lockdown. Ook technisch staan ze altijd klaar en blijven we met elkaar in gesprek, zowel in de reinigen van de leidingen en installaties bij de lockdowns, als het meedenken bij de verbouwingen die wij bij TivoliVredenburg ondernamen toen we dicht waren. En bij het weer opschalen. Tijdens het eerste jaar van de coronapandemie heeft TivoliVredenburg al vroegtijdig besloten om geheel over te gaan op Bud. Hiermee willen we laten zien dat we commitment tonen. Het is fijn dat we beiden creatief blijven denken, en blijven zoeken naar mogelijkheden om vorm te geven aan ons partnership, ook in coronatijd.”

“Het lastigste was het begin, toen het bij beide organisaties alle hens aan dek was”, vervolgt De Jonge. “Gelukkig werken we al lang met elkaar en konden we- zeker toen de eerste grote onzekerheden opgepakt waren- elkaar goed vinden. Dat is denk ik onze grootste les en winst: elkaar op blijven zoeken en blijven investeren in elkaar. Ik ben er trots op dat we op koers zitten met de gedachte ‘wat kan er wel’? Het is een hele fijne samenwerking.”
Van Spilbeeck: “Ik sluit me hier volledig bij aan. Vooral het steeds in contact blijven, ondanks dat de horeca dicht was of beperkt mocht openen, is erg belangrijk. Als partner is het belangrijk continu te weten waar de ander behoefte aan heeft. De lijnen zijn kort. Tussendoor appen en bellen we elkaar zeer regelmatig om te horen hoe het ‘daar bij jullie gaat’ of zitten we samen in een meeting, virtueel of op 1.5m van elkaar in een grote zaal. Naast crisismanagement bespreken we dan hoe we hier alsnog iets creatiefs en positiefs kunnen doen binnen de huidige omstandigheden. Wat kunnen we bijvoorbeeld samen doen bij heropening?”

Anticiperen

De samenwerking tussen TivoliVredenburg en AB InBev gaat verder dan alleen deze projecten. Aan de start van het partnership werd een ingenieus en uitgebreid stelsel van bierleidingen en biertanks aangelegd. Die bierinfrastructuur is vanzelfsprekend ingericht op volle concertzalen, met op piekmomenten een hoge vraag naar bier. Toen TivoliVredenburg op beperkte capaciteit open mocht, focuste men met name op bier op fles, aangezien dit flexibiliteit geeft, gezien het vaak wisselende overheidsbeleid. “Ook hierin staan we nauw in contact met elkaar”, zegt De Jonge. “AB InBev heeft goed geanticipeerd op de wisselende maatregelen en wat de gevolgen hiervan waren op de horeca en het beschikbare assortiment. Continue aanpassen en zorgen dat zoveel mogelijk van het brede scala aan bier wat we aanbieden beschikbaar is. Zo konden we ons publiek hun favoriete drankjes blijven bieden.”

Ook de bij de start van de samenwerking aangekondigde gezamenlijke duurzaamheidsinitiatieven zijn ondanks corona gewoon doorgegaan. “Duurzaamheid is niet iets wat minder prioriteit krijgt als het tegen zit”, aldus Van Spilbeeck. “Het zit in de kern bij ons als brouwer en vormt een hoeksteen van onze samenwerking. Bijna tijdens ieder overleg spreken we erover. Zo werken we aan elektrificatie van transport, een ketensamenwerking om de reststroom plastic nog efficiënter te laten recyclen en activaties richting consumenten, ook op het thema verantwoord drinken.”