Binnen hockey is een forse ongelijke verhouding tussen mannen en vrouwen als het gaat om de invulling van functies, beloning en kansen. Om een inhaalslag te maken verlangt ABN AMRO in nieuwe sponsorcontracten dat hockeyclubs minimaal 30% van de fee inzetten voor diversiteit & inclusie en duurzaamheid. Om de clubs te helpen zijn speciale activatieprogramma’s ontwikkeld die samenkomen onder de paraplu ‘De club van morgen’.
Met het nieuwe programma ‘De Inhaalslag’ wil ABN AMRO invulling geven aan de rol van de bank in de komende jaren in de hockeysport. Het is een vervolg op het diversiteit & inclusie beleid van ABN AMRO en de stappen die de bank al heeft genomen met bijvoorbeeld de sponsoring van de Ajax-vrouwen, het toevoegen van het ABN AMRO Wheelchair Tournament aan het WTT en al lopende initiatieven binnen hockey samen met het Jeugdeducatiefonds en Fonds Gehandicaptensport.
“Wij zijn met ons team samen met de ABN AMRO Foundation en de afdeling diversiteit en inclusie gaan kijken hoe het precies zit met de verhouding tussen mannen en vrouwen in de hockeysport”, zegt Marco Moers, werkzaam in het ABN AMRO sponsoring- en eventsteam van Sander Bestevaar en verantwoordelijk voor de hockey-portefeuille van de bank. “Wij schrokken enorm van de uitkomsten. En de cijfers zijn helemaal onbehaaglijk als je bedenkt dat hockey een sport is waar ongeveer tweederde van alle teams vrouwenteams zijn!”
Uit het onderzoek blijkt dat in de hoofdklasse mannen 5 tot 10 keer zo veel verdienen als de vrouwen. 86% van het sponsorgeld gaat naar mannenhockey en maar 14% naar de vrouwen. 4 van de 5 voorzitters van een hockeyclub is een man. De meeste bestuursfuncties worden bekleed door mannen en als er vrouwen betrokken zijn bij de organisatie zitten ze bij de feest- of barcommissie of zijn ze teammanager van de jeugd.
“Binnen ABN AMRO zetten we sterk in op diversiteit en inclusie”, vertelt Moers. “Dat kan om achtergrond gaan, om geaardheid, maar ook om gendergelijke kansen. Dat streven willen we ook in ons sponsorbeleid terug laten komen. We investeren veel in de hockeysport. Dat is waarom we het programma ‘De Inhaalslag’ zijn gestart. We willen dat er een beweging ontstaat zodat we in 2025 aanzienlijk duurzamere en meer diverse clubs hebben. Als clubs daar niet in meegaan stoppen wij als sponsor, want dan is het voor ons niet passend bij wie wij willen zijn.”
Begin 2019 is ABN AMRO binnen hockey een initiatief gestart onder de paraplu ‘De club van morgen’. In dat programma staat hoe de bank kijkt naar de toekomst van de clubs die men sponsort bijvoorbeeld op het gebied van duurzaamheid en wat de rol van ABN AMRO is in de hockeysport. Maar vooral wordt er in beschreven waar ABN AMRO zijn sponsorfees aan wil besteden en welke kennis en kunde men kan inbrengen. Moers: “We zijn gestart met een programma voor de verduurzaming van de 53 hockeyclubs die wij ondersteunen. Clubs krijgen adviesrapporten hoe ze kunnen verduurzamen. Daarvoor is een speciale tool beschikbaar met tips over materialen, afval, energie, hospitality. Dat programma loopt nu 1,5 jaar en dat loopt goed. We zien dat clubs daarin grote stappen maken.”
Daarnaast is vorig jaar samen met de ABN AMRO Foundation en de hockey-internationals Billy Bakker en Mirco Pruyser een project gestart voor kinderen in achterstandsituaties. Doel is kinderen die vanwege hun situatie niet in aanraking komen met hockey, toch hockey te laten beleven. Bijvoorbeeld via hockeyprojecten op school of clinics bij evenementen en wedstrijden. Als kinderen meer belangstelling hebben worden ze in contact gebracht met de dichtstbijzijnde club die ABN AMRO sponsort.
Aan deze initiatieven wordt nu ‘De Inhaalslag’ toegevoegd, dat moet leiden tot meer gendergelijkheid in de hockeysport. Een aantal veranderingen is inmiddels zichtbaar. Zo nemen dankzij de lobby van ABN AMRO met ingang van dit seizoen ook vrouwenteams deel aan de Euro Hockey League. Aan het ABN AMRO Hockeyweekend, de traditionele aftrap van het hockeyseizoen, zijn de vrouwenteams toegevoegd. En in nieuwe sponsorcontracten met de clubs wordt vastgelegd dat minimaal 30% van de sponsorbestedingen naar vrouwen gaat. “Bij de hoofdklasseclubs lopen alle contracten komende zomer af”, zegt Moers. “Daar zit geen automatische verlenging meer bij. Zij moeten gaan pitchen op een nieuw contract waarbij het thema diversiteit en inclusie het belangrijkste onderwerp is. Zij moeten aantonen dat het geld dat ze van ons krijgen echt besteed wordt om die gelijkheid na te streven. Samen met de clubs willen we werken aan een optimale situatie voor de toekomst.”
We willen nastreven dat we in 2025 alleen nog maar sponsor zijn van clubs waarbij de verhouding mannen – vrouwen 50/50 is
Op donderdag 29 oktober is de nieuwe campagne afgetrapt. In eerste instantie was de Euro Hockey League het logische moment om het programma te starten omdat daar de vrouwenteams voor het eerst aan zouden deelnemen. Door de corona-pandemie is de EHL echter tot nader orde uitgesteld. Omdat het onzeker is wanneer de EHL en de clubcompetities weer starten wilde ABN AMRO daar niet op wachten. Daar speelt ook in mee dat medio 2021 de contracten met de hoofdklasseclubs aflopen en komende periode besloten moet worden of die wel of niet worden verlengd.
ABN AMRO heeft een aantal ambassadeurs gekoppeld aan de campagne, waarvan Maria Verschoor en Jorrit Croon de twee belangrijkste zijn. Zij zijn te zien in de campagnevideo die deze week live gaat. Verder zijn ook de hockeyers Sian Keil, Kim Lammers, Glenn Schuurman, Mirco Pruyser en Billy Bakker en de voorzitter van de Europese Hockey Federatie Marijke Fleuren betrokken bij het initiatief. De campagne wordt aangejaagd via verschillende social kanalen en paid media. De activatievideo krijgt als pay-off ‘Een wereld te winnen’ en dient vooral als eye-opener. Tegelijkertijd met de start van de campagne staat er een uitgebreid programma klaar waarmee clubs binnen en buiten het veld worden ondersteund en waarmee de bank de clubs in staat stelt om de veranderingen te bewerkstelligen. Er is een webmodule met onderwerpen als funding, training & educatie, middelen & materialen en marketing & communicatie met op al die terreinen tips die moeten leiden tot meer gelijkheid. Daarbij gaat het over adviezen om tot een goed diversiteit en inclusiebeleid te komen, om te zorgen dat de verdeling van de sponsorfee op orde komt, trainingen speciaal voor dames op het veld, maar ook trainingen hoe vrouwen aan hun eigen carrière kunnen werken. “Zo gaan we op allemaal verschillende vlakken die ondersteuning aanbieden waarmee vrouwen een extra zetje krijgen. Wat we willen nastreven is dat we in 2025 alleen nog maar sponsor zijn van clubs waarbij de verhouding mannen – vrouwen op de verschillende terreinen 50/50 is. Dat is een harde voorwaarde.”
Wij moeten misschien afscheid nemen van clubs omdat ze niet voldoen aan het streven
Momenteel is er nog geen club die aan de voorwaarden voldoet. Komende periode moeten de clubs pitchen op een nieuw sponsorcontract. Daarin moeten ze aangeven hoe ze de criteria willen bereiken. Moers weet niet of het lukt om alle 53 hockeyclubs in het veranderingsproces mee te nemen. “Er zullen komende jaren best wat wisselingen van de wacht zijn”, verwacht hij. “Wij moeten misschien afscheid nemen van clubs omdat ze niet voldoen aan het streven. Omgekeerd zullen er ook nieuwe clubs bij ons aankloppen.”
ABN AMRO is bij zeven clubs uit de Tulp Hoofdklasse mannen hoofdsponsor: Amsterdam, Rotterdam, HGC, Bloemendaal, Oranje-Rood, Klein Zwitserland en Almere. Daarnaast is de bank sponsor van het damesteam van Laren, de enige club uit de Livera Hoofdklasse Dames die door ABN AMRO wordt gesponsord. “Wie weet verandert dat. Je wilt daar natuurlijk ook wat meer gelijkheid in.”
ABN AMRO wil ook dat naast de media-aandacht van de NOS en Ziggo Sport, die nu vooral richting het mannenhockey gaat, er meer aandacht komt voor dameshockey. In samenwerking met Eyecons, dat de wedstrijden van de Livera Hoofdklasse Dames in beeld brengt, worden daarvoor activaties opgezet.
ABN AMRO zal de verschillende onderdelen bij de clubs nauwgezet gaan monitoren. “Wat er beloofd wordt met de pitch moet ook verwezenlijkt worden”, zegt Moers. “We kunnen in de contracten die we gaan afsluiten heel veel borgen, bijvoorbeeld over KPI’s, het vastleggen van rechten en je kunt natuurlijk bepaalde fees pas vrijgeven als er zaken gerealiseerd zijn. Op verschillende onderdelen, zoals de bestuurlijke functies, de verdeling van de sponsorgelden en commissiefuncties, zijn de ontwikkelingen goed te meten. Wij gaan natuurlijk niet over de salarisonderhandelingen met spelers. Die zien wij niet en dat blijft ongrijpbaar. Wat we wel willen is dat de mindset hierover verandert. Ik heb het idee dat op het moment dat wij dit signaal afgeven meer mensen zich hierover durven uitspreken.”
Moers is niet bang dat clubs weerbarstig zijn om de veranderingen door te voeren in een tijd dat ze het door corona toch al moeilijk hebben. “Het is niet zo dat we zeggen ‘zoek het maar uit’. Ook in deze tijd helpen wij hen door een moeilijke periode heen, bijvoorbeeld door fees vooruit te betalen. Je merkt wel dat clubs een pitch spannend vinden. Maar we horen geen geluiden dat ze het niet in deze tijd vinden passen. Dit is misschien een moment om anders naar je club te kijken en juist nu dingen te veranderen.”
Moers zegt dat ABN AMRO zijn investeringen in hockey op hetzelfde niveau wil houden en dat er geen beleid ligt om te stoppen of minder te doen. “Maar ik weet ook niet hoe de wereld er komende jaren uit gaat zien, zowel wat de sport betreft als ABN AMRO.”
Over de consequenties van het niet spelen van de competities als gevolg van de coronapandemie zijn de gesprekken met zowel de EHL als de clubs in goed overleg verlopen. “We wilden er in ieder geval voor zorgen dat de competitie en de clubs niet in de problemen zouden komen. In goed overleg zijn we tot een oplossing gekomen. Die houdt in dat we ze goed ondersteund hebben, een deel van de fees voorruit hebben betaald en daarvoor wat extra rechten hebben gekregen. We hebben het naar ieders tevredenheid kunnen oplossen. Wij, en veel bedrijven met ons, zeggen dat we maatschappelijk betrokken zijn. Dan moet je juist op dit soort momenten dat ook laten zien.”